Terwijl de deadline van 26 maart snel nadert, openbaart zich een unieke subsidiekans voor Nederlandse culturele en maatschappelijke organisaties. Deze kans is gericht op het verrijken van de toekomst van kinderen en jongeren (4-18 jaar) door middel van muziek, dans, en beeldende kunst. Het gaat hier om een financiële ondersteuning die niet alleen de creatieve vaardigheden van jongeren stimuleert maar ook essentiële bruggen slaat tussen uiteenlopende gemeenschappen.
Randvoorwaarden voor je aanvraag
De subsidie richt zich op projecten met een duidelijke start- en einddatum, die binnen 2 tot 12 maanden na de aanvraagperiode van start gaan. De projecten moeten in het Koninkrijk der Nederlanden of in Caribisch Nederland plaatsvinden en een aanvraagbedrag tussen €10.000 en €35.000 hebben.
Deze financiële steun is gericht op organisaties zonder winstoogmerk zoals stichtingen, verenigingen, en ondernemingen met een culturele of sociale missie. Een ANBI-status is een pre, evenals commitment aan de Fair Practice Code en aantoonbare professionaliteit.
Focus van je project
As je subsidie wilt gaan aanvragen voor je project is het belangrijk dat je project gericht is op kinderen en jongeren en bijdraagt aan de ontwikkeling van 21ste-eeuwse vaardigheden zoals creativiteit, samenwerking, en sociale & culturele vaardigheden. Een hoge inhoudelijke kwaliteit, actieve kunstbeoefening, en een veilige leeromgeving zijn hierbij essentieel.
De projecten dienen bovendien gericht te zijn op het verbinden van kinderen en jongeren uit verschillende leefwerelden, met een voorkeur voor initiatieven die vernieuwend of overdraagbaar zijn, of die nieuwe doelgroepen bereiken.
Subsidiebedragen
De subsidie varieert tussen de €10.000 tot €35.000 per gehonoreerde aanvraag.
Uitsluitingen
De subsidie is niet beschikbaar voor projecten met een religieuze of politieke doelstelling, projecten zonder concreet begin of einde, individuele scholarships, en een aantal andere specifieke uitsluitingen.
Het is belangrijk dat projecten een nauwe betrokkenheid van de doelgroep hebben en niet enkel gericht zijn op de ontwikkeling van lesmateriaal.