Een uitspraak op 10 juli van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBb) over het PSOM business-to-businessprogramma waarin is besloten dat dit programma wordt aangemerkt als een subsidieprogramma en geen opdrachtenprogramma, heeft ook repercussies voor het opdrachtenprogramma PESP.
Juridische consequenties
Thans wordt nader onderzocht wat de juridische consequenties van deze uitspraak voor PESP zijn. Op dit moment is het in ieder geval niet mogelijk om binnen PESP over te gaan tot gunning van opdrachten. Door het tijdelijk opschorten van PESP kunnen ook nieuwe voorstellen, alsmede nieuwe projectideeën op dit moment niet in behandeling worden genomen.
Wat is PESP
Om de Nederlandse export naar opkomende markten te stimuleren, heeft het ministerie van Economische Zaken het PESP - Programma Economische Samenwerking Projecten in het leven geroepen. Sindsdien hebben vele Nederlandse bedrijven met ondersteuning van PESP-studies kunnen uitvoeren naar de haalbaarheid van een project.
Dankzij deze studies konden buitenlandse klanten worden overtuigd om te investeren in Nederlandse kapitaalgoederen en diensten. Voor de Nederlandse bedrijven betekent dit dat de risico's van het ondernemen op verre markten voor een belangrijk deel worden afgedekt.
Subsidiebedragen PESP
PESP projecten kunnen zich afspelen in alle economische sectoren en in alle landen in Midden- en Oost-Europa (met uitzondering van EU-landen), Afrika, Azië (met uitzondering van Japan) en Latijns-Amerika.
PESP betaalt daarbij de helft van de studiekosten tot een maximum van EUR 133.000.